op iemands kazak zitten 1.0
((vooral) in België)
iemand als mikpunt kiezen voor vervelende opmerkingen of naar gedrag
Algemene voorbeelden
De lekkerbekken zijn in een buitengewoon gesprek gewikkeld. Ze zijn voor de zoveelste keer aan het klaverjassen, denkt Fre bij zichzelf. Op wiens kazak zitten ze nu weer? Ach, het is van geen belang. Ze moeten met iets hun tijd doorbrengen.